Verdedigd
door mijn collega
In Refilwe staan de huisjes in wijk 5 dicht opeen gepakt. Aan diverse deuren hangt een groot hangslot, maar niet overal. Privacy? Veiligheid? Dit hebben de mensen hooguit een beetje ín hun huisje. Het komt op mij af als ik, samen met een lokale collega, een bezoekje breng bij een gezin die betrokken is bij de gaarkeuken.
Terwijl we staan te wachten tot de moeder naar de deur komt, dringen de geluiden van de buurt tot mij door. Jengelende muziek aan de linkerkant, bonkende muziek aan de rechterkant. De buurvrouw komt naar buiten en gaat haar stoepje vegen. Wellicht om niets te missen van de bezoekers die bij haar buurvrouw komen?! Als de moeder naar buiten komt, hoor ik de buurvrouw iets schreeuwen. Ik kan helaas niet verstaan wat ze zegt. Een buurman van enkele huizen verderop staat naar ons te kijken. Na enkele seconden komt hij aanlopen om te horen wie deze blanke vrouw is. Hij nodigt mij uit om naast hem te komen wonen...
Na het gesprek met de moeder loop ik met mijn collega verder door Refilwe. Enkele keren wordt mijn collega aangesproken door een man. Ze moet mij vandaag behoorlijk verdedigen tegenover de mannen. Als wij bijna klaar zijn met onze ronde, stopt er een auto naast ons. Een man schreeuwt uit het raampje. Wellicht een kennis van mijn collega? Nee, de man blijkt om mijn telefoonnummer te vragen. Voor de zoveelste keer vanmorgen redt mijn collega mij uit deze situatie.
Om de situatie van de mensen te begrijpen en om de cultuur en de taal beter te leren kennen, zou ik zo graag tússen de mensen willen wonen. Als ik aan het einde van de dag naar huis rij, besef ik weer eens dat dit niet veilig zou zijn. De verhalen, van vrouwen en kinderen die niet veilig zijn voor mannen, schieten door mijn hoofd. Daarom rij ik elke dag drie kwartier om naar de werkvelden te gaan. Dankbaarheid vult mijn hart omdat ik deze mogelijkheid heb.
Tegelijkertijd rij ik weg met bezorgdheid en pijn in mijn hart. Vanmorgen richtte de aandacht van de mannen zich op mij. Als mijn collega alleen loopt, dan zal de aandacht zich op haar richtten. Ik heb de mogelijkheid om op een veilig plek te wonen. Zij niet.
Teunie Oosterwijk